0313_Vos


Uit De Vechtstreek van 18 maart 1933:
“In memoriam: Auke Vos. Velen zijn diep getroffen, toen hun het bericht bereikte van het plotseling overlijden van den heer A. Vos, directeur der zuivelfabriek alhier. Tot in de ziel getroffen stonden de Slagharense ingezetenen op dien droeven dinsdagmorgen – 14 maart – bijeen. Medelijden met de zwaar beproefde echtgenote en nabestaanden vervulde ieder. Wie beschrijft de verschrikkelijkheid van zulk een slaag voor een gezin, als een geliefde echtgenoot en vader zo plotseling en zo wreed ontvalt.”

“Auke Vos overleden. De heer A. Vos, eigenaar der Zuivelfabriek te Slagharen, keerde maandagavond met de heer Pepping, directeur der Zuivelfabriek te Dedemsvaart per auto van Amsterdam, waar zij een vergadering hadden bezocht, huiswaarts. De heer Pepping chauffeurde. In de nabijheid van Harderwijk botste de auto tegen een boom op. De heer Vos bekwam hierdoor zware inwendige kneuzingen. Hij werd naar het ziekenhuis te Harderwijk vervoerd, waar hij spoed overleed. De heer Pepping was er betrekkelijk goed afgekomen. Met den heer Vos is een zeer geacht ingezetene van Slagharen heengegaan. De deelneming met dit zo treurige verlies is te Slagharen algemeen, zoals ook treffend uitkomt in het door ons met volle instemming opgenomen ‘in memoriam’.”

En in de editie van 25 maart:
“Begrafenis Auke Vos. Geheel Slagharen heeft zaterdag zijn medeleven getoond bij de plechtige uitvaart van wijlen den heer A. Vos. Alle aanwezigen werden te ruim half één in de gelegenheid gesteld ten sterfhuize een laatste blik te werpen op het stoffelijk overschot van de overledene, die temidden van een buitengewone bloemenschat in de voorkamer opgebaard lag. Daarna werd de lange tocht naar Dedemsvaart aanvaard. Het was een plechtige begrafenisstoet. Voorop de met bloemenkransen omhangen koets. Dan een dertiental rijtuigen en daarachter de lange file auto’s, een 25-tal. De aanwezigen waren niet voor een groot deel mensen tot wien de overledene in handelsbetrekking stond, maar de meerderheid der aanwezigen bestond uit mensen, wier onverdeelde vriendschap en sympathie tot den overledene uitging. Hierbij bleek weer duidelijk dat de heer Vos vriend in ieder huisgezin was.”