Toen, op 24 juni 1818: koninklijk bezoek aan den Rustenberg.

Rustenberg
Rustenberg

De Overijsselsche Courant van 30 juni 1818 meldde:
“Hardenbergh, den 25 junij. Gisteren morgen om 9 uren arriveerde Z.M. onze geliefde Koning, op hoogstdeszelfs reis van Het Loo over Coevorden naar de provincie Groningen en Vriesland ter dezer gemeente, voorafgegaan van Z.E. den heer Gouverneur dezer provincie en vergezeld van Z.K.H. Prins Frederik der Nederlanden en verder aanzienlijk gevolg.
Zijne majesteit stapte af aan den Rustenbergh en maakte aldaar, na aan de plaatselijke authoriteit, het Vredegeregt des Kantons, de geestelijkheid en eenige particulieren gehoor verleend te hebben, gebruik van het door de zorge van welgemelde Zijne Excellentie toebereidde déjeuner à la fourchette.

De gewone minzaamheid, die Z.M. bij hoogstdeszelfs aankomst, verblijf en vertrek aan den dag legde, trof de harten aller, zoo uit deze gemeente, als van elders toegevloeide aanschouwers zoo zeer, dat, na Z.M., even als bij hoogstdeszelfs aankomst, met een herhaald eenstemmig driewerf Hoezee! en Leve de Koning! bij het stappen in hoogstdeszelfs rijtuig en vertrek begroet te hebben, elk om het zeerst zich beijverde, om onderling hunne volkomene tevredenheid over de eer en het geluk van Z.M. alhier te zien, te betuigen.

Eene, naar de plaatselijke omstandigheden (ook in de oogen van de toegevloeide vreemdelingen) sierlijke eereboog, pralende met de gekroonde naamcijfer Zijner Majesteit, met op de heuglijke gelegenheid passende inscriptiën, met nationale en orange vlaggen en met eene kroon en guirlandes van groene bloemen, was door den heer burgemeester dezer gemeente voor den Rustenbergh gedaan oprigten en ook den Rustenberg zelve was met gelijksoortige guirlandes, bloemen en vlaggen versierd.”

Verder meldt de krant nog:
“Aan de Rustenberg bij den Hardenberg heeft Zijne Majesteit van een Dejeuné dinatoir, door den heer Gouverneur van de Provincie aan Hoogstdezelve aangeboden, wel willen gebruik maken, en vervolgens de reis naar Coeverden voortgezet, hetgeen nog eenige opmerking verdient, is, dat Zijne Majesteit het geheele traject van het Loo tot Coeverden, zijnde eene distantie van meer als zestien uren, in minder als zes en een half uur heeft afgelegd, daar hoogstdezelve ’s morgens om vier uur van het Loo vertrokken, en reeds voor ’s middags twaalf uren te Coeverden is aangekomen, na zich ruim een en een half uur aan den Rustenberg te hebben opgehouden.”