1209_beurs


De Provinciale Overijsselsche en Zwolsche Courant van 14 december 1863 meldde:
“Hardenberg, 9 dec. Gepasseerden zondag zaten hier een jongen en een meisje in een herberg te vrijen. Toen de jongen het meisje verlaten had, bespeurde de laatste dat zij haar geldbeursje kwijt was en haar vermoeden viel op den vrijer die even te voren was weggegaan. Deze, nog in de herberg zijnde, werd daarover door haar aangesproken, maar wilde niet naar haar hooren en verliet het huis. Het meisje echter achtervolgde hem en riep om hulp. Toen hij daarop even buiten de stad door een paar mannen werd aangehouden, wierp hij iets in een diepe sloot. Dit werd opgevischt en bleek het vermiste beursje te zijn. Van dit feit is dadelijk aangifte gedaan en tegen den bedrijver van hetzelve, een boerenknecht uit Lutten, is proces-verbaal opgemaakt”.